Het uitgangspunt is dat ouders in eerste instantie zelf verantwoordelijk zijn voor het gezond en veilig opgroeien van de jeugdige. Er mag van hen verwacht worden dat zij vergaande aanpassingen doen om dit te kunnen realiseren. Daarbij wordt uiteraard rekening gehouden met de mogelijkheden van ouders (normaliseren). Samen met de jeugdige en/of ouders bekijk je of en welke (ondersteunende) rol het netwerk kan spelen bij het behalen van de opgestelde doelen (zie ook stap 2).

Je bespreekt met de jeugdige en/of ouders welke mogelijkheden (in eigen vermogen of netwerk, of vanuit inzet jeugdhulp) er zijn. Je informeert de jeugdige en/of ouders over de voor- en nadelen en de verwachte resultaten van het aanbod. Daarbij wordt ook rekening gehouden met hulp die mogelijk in het verleden al is ingezet.

Samen met jeugdige en/of ouders bekijk je of er criteria zijn die zij aan de aanbieder (willen) stellen. Denk daarbij aan eerdere ervaringen, wachtlijsten, reisafstand e.d. Vervolgens beslissen ze samen welke mogelijkheden het beste aansluiten bij de voorkeuren van de jeugdige en/of ouders.

Op basis van de voorkeuren ga je (eventueel samen met de jeugdige en/of ouders) op zoek naar aanbieders die passende hulp bieden. Je stelt daarbij de volgende vragen:

• Welke aanbieders zijn beschikbaar voor de gekozen hulpvorm? Neem contact op met de aanbieder om de casus anoniem te bespreken. (sociale kaart)
• Indien nodig: wat zijn de wachtlijsten? Wat is de reisafstand? Etc.(realtime wachttijden)
• Heeft de gekozen aanbieder een ontwikkel- en resultaatovereenkomst met het Servicebureau Jeugdhulp Haaglanden en de gemeente?
• Zijn er nog mogelijkheden binnen de bestedingsruimte van deze aanbieder? (Richtinggevend kader)
• Welke vorm, duur en frequentie is nodig bij de hulpvraag?

Je koppelt je bevindingen terug aan de jeugdige en/of ouders. Samen wordt besloten welke jeugdhulpaanbieder wordt ingezet.

Vervolgens voer je een beschikking van de jeugdhulp op in het systeem. (Administratieprotocol, werkwijze dummy-BSN)

Indien de toeleiding wordt gedaan door een andere verwijzer dan de gemeente dient de jeugdhulpaanbieder een Verzoek Om Toewijzing (VOT) in bij de verantwoordelijke gemeente via het berichtenverkeer. De jeugdhulpaanbieder bepaalt naar aanleiding van de hulpvraag de productcode, omvang en duur en vermeldt deze in het VOT. De gemeente toetst het VOT op de volgende criteria;

• Woonplaatsbeginsel;
• Is het VOT volledig? (zijn de verwijzer, productcode, omvang en duur ingevuld);
• Richtinggevend kader.

Lees meer: